Starten met Bonsai
Het is niet moeilijk het is gemakkelijk!
Starten met bonsai is niet zo moeilijk als vaak wordt gedacht.
Met enkele basisstappen kom je al een heel eind.
In deze post overloop ik deze stappen en haal ik enkele valkuilen aan.
Ken je boompje.
Deze vuistregel vormt de basis van alles wat je met je bonsai doet.
Het is van uiterst belang om te weten welke soort jouw bonsai is.
Aan de hand daarvan kan je achterhalen wat je boom wel en niet graag heeft.
Denk daarbij dan aan veel of weinig water, zon of schaduw, zure grond of niet.
Dat zijn namelijk de parameters waar jij als bonsaïst controle over kan nemen.
Je moet deze dus naar de waardes zetten die jouw bonsai graag heeft.
Binnen of buiten
Daar kan ik heel kort in zijn, bonsai horen buiten te staan.
Om goed te kunnen leven heeft je bonsai de natuur en haar seizoenen nodig, iets wat je binnen niet zal vinden.
De rust tijdens de herfst en winter doen wonderen voor de groeikracht in de lente en zomer.
Je zal merken dat het daar vanzelf beter zal gaan, tenminste als je geen tropische soort hebt.
Tropische soorten worden vaak verkocht als indoor bonsai.
Je zal merken dat het moeilijk is om de waardes uit vuistregel 1 na te streven.
Dat gecombineerd met de afwezigheid van seizoenen maakt dit dat veel bonsai in huis na 1 á 2 jaar op het einde van hun kunnen zitten.
Wanneer je bonsai het naar zijn zin heeft zal hij ook groeien.
Dan wordt het belangrijk om te beginnen snoeien.
Hoe frequenter je snoeit des te compacter wordt de groei, dat geeft na verloop van tijd een mooie volle kruin! Snoei je niet of te weinig, dan gaat de kruin er leeg en saai uitzien. Bij sommige soorten kan je ook te veel snoeien, denk dus aan de eerste regel en ga na welke snoei jouw soort verkiest.